Wat is klassieke muziek?

Klassieke muziek is ontstaan in Europa tussen 1600 en 1900. Deze muziek zoals wij die vandaag kennen, komt oorspronkelijk uit de westerse en wereldlijke muziektradities. Bekende componisten in deze periode zijn Mozart, Bach en Beethoven. Zij maakten muziek met één of meerdere instrumenten. De componisten schrijven de muziek op in de vorm van noten zodat deze door de muzikanten gespeeld kunnen worden.

De perioden van Klassieke muziek

De klassieke muziek kun je onderverdelen in drie perioden.

1600 – 1740 Barok

De muziek in de periode van Barok kreeg vaak veel versieringen. Orkesten waren vaak klein en begeleid door een klavecimbel of een viola de gabma.

1740 – 1810 Classicisme

De term klassieke muziek komt voort uit deze periode. De muziek die gemaakt werd in deze periode had minder versieringen en was daardoor vaak wat strakker. De muziek moest makkelijker worden. Een belangrijke vernieuwing uit deze periode is het gebruik van tekens om de dynamiek te noteren. De P van piano, geleidelijk zachter worden en de F van forte, geleidelijk harder worden.

vanaf 1810 Romantiek

De periode van romantiek is de stijl van de fantasie. Componisten drukten in deze periode hun gevoelens uit in hun muziek. Componisten maakten steeds grotere composities waarbij de noten en ritmes steeds moeilijker werden.

Bekende componisten

Ludwig van Beethoven

(1770 – 1827) Beethoven was een componist, organist, klavecinist, fortepianist en dirigent. Beethoven bracht het classicisme tot voltooiing en maakte een begin aan de periode van de romantiek. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste componisten.

Johann Sebastian Bach

(1685 – 1750) Bach was een Duitse componist van barokmuziek. Naast componist was hij ook nog klavecinist, violist, muziekpedagoog en dirigent.

Wolfgang Amadeus Mozart

(1756 – 1791) Mozart was een componist geboren in Salzburg.

Deze drie componisten vormen samen de Eerste Weense school.


 

Blog artikelen
casual-cases